Neuromodulatie

PTNS (Percutaneous Tibial Nerve Stimulation) is een vorm van neurostimulatie waarbij de onderbeenzenuw (de nervus tibialis) gestimuleerd wordt met kleine elektrische prikkelingen. PTNS is zowel voor mannen als vrouwen geschikt en wordt door de zorgverzekeraar vergoed.

 

 

Wanneer komt u in aanmerking voor behandeling met PTNS:

Wanneer u één van de volgende klachten heeft, komt u in aanmerking voor PTNS:

  • ongewenst verlies van urine én een aanhoudend sterk gevoel te moeten plassen (aandrang incontinentie/overactieve blaas);
  • een aanhoudend sterk gevoel te moeten plassen;
  • vaker dan normaal moeten plassen, in de regel meer dan tien keer per dag;
  • moeite met goed leeg plassen (voor mannen: zonder dat prostaatvergroting daarbij een rol speelt);
  • in sommige gevallen wordt PTNS ook gebruikt indien er voortdurend hinderlijke en onbehandelbare pijn in de bekkenbodem, blaas of geslachtsorganen is;
  • in sommige gevallen wordt PTNS ook gebruikt als er problemen zijn met het ophouden van ontlasting.

 

U komt niet in aanmerking voor PTNS:

  • als u zwanger bent of op het moment een zwangerschapswens heeft;
  • als u een pacemaker heeft. Dan wordt eerst met uw behandelend cardioloog overlegd of PTNS mogelijk is.

 

De behandeling:

PTNS stimuleert de onderbeenszenuw, die loopt vanuit het onderbeen naar het achterste gedeelte van het ruggenmerg. Van hieruit wordt onder andere de functie van de blaas en darmen geregeld. Het prikkelen van de onderbeenzenuw zorgt ervoor dat bijvoorbeeld de blaas zich niet meer ongewenst samentrekt, rustiger wordt en de normale functie zich kan herstellen. Behandelingen waarbij zenuwen op deze manier worden beïnvloed via elektriciteit, noemen we ook wel neuromodulatie, neurostimulatie of zenuwstimulatie.

  • De behandeling wordt uitgevoerd door een continentieverpleegkundige of de doktersassistente
  • Onder uw voet wordt een elektrode geplakt. Daarna wordt een dunne naaldelektrode in uw onderbeen aangebracht, net boven de enkel. Beide elektroden worden verbonden aan een stimulatieapparaat. Er vindt een test plaats met het stimulatieapparaat om na te gaan of de naald op de juiste plek zit. Dit kunt u voelen door getintel onder uw hak of voet. Ook kunt u een wat krampend gevoel hebben in uw voet.
  • Vervolgens wordt gedurende 30 minuten de zenuw gestimuleerd met behulp van een kleine hoeveelheid elektriciteit. U kunt eventueel de stand verhogen als u voelt dat de prikkeling veel minder wordt. De hoogte van de stand op het apparaatje zegt niets over het resultaat van de behandeling. Als de zenuw maar geprikkeld wordt, doet het goed zijn werk.
  • De behandeling vindt elke week, gedurende 12 weken achtereen, eenmaal per week plaats in het ziekenhuis.
  • Indien de behandeling goed aanslaat (in ongeveer 70% van de gevallen ervaren patiënten aanmerkelijke verbetering van hun klachten) kan de behandelduur in overleg met u verlengd worden

 

Wat is SNM? 

Sacrale neuromodulatie is een vorm van zenuwstimulatie van de grote bekkenzenuwen, waarbij de zenuwen geprikkeld worden door een inwendig draadje (electrode) dat via een neuromodulator elektrische signalen afgeeft.

 

Wanneer komt u in aanmerking voor SNM

Wanneer u 1 van de onderstaande klachten heeft kan het zijn dat u in aanmerking komt voor sacrale neuromodulatie. Neuromodulatie wordt alleen gebruikt als andere behandelingen, zoals medicijnen en fysiotherapie, botox of PTNS, niet werken of moeilijk te verdragen zijn.

  • Overactieve blaas: Bij een overactieve blaas moet u overdag erg vaak plassen, soms ook ’s nachts. Soms kunt u uw urine ook niet goed ophouden, dit heet aandrangincontinentie. Hierdoor moet u zich vaak verschonen. Dit kan ook een gevoel van onzekerheid of schaamte geven. Behandeling met neuromodulatie kan de hevige aandrang, het vaak moeten plassen en het urineverlies verminderen.
  • Urineretentie: Bij urineretentie kunt u niet plassen of niet helemaal uitplassen. Soms is het dan nodig om zelfkatheterisatie toe te passen. Neuromodulatie kan de spieren van de plasbuis en de blaas zó beïnvloeden dat het plassen beter gaat. Hierdoor is zelfkatheterisatie niet (altijd) meer nodig.
  • Incontinentie van ontlasting en chronische verstopping. Neuromodulatie kan soms helpen als u uw ontlasting niet kan ophouden. Ook kan deze therapie soms uitkomst bieden als u veel last heeft van chronische verstopping.

 

In uw geval is de werking van de zenuwen die uw blaas en darmen aansturen verstoord:

Onze hersenen besturen onze spieren en bewegingen via elektrische signalen (stroompjes). Deze elektrische stroompjes verplaatsen zich via de zenuwen door ons hele lijf.

 

De spieren in het bekkengebied worden bestuurd via de zenuwen die ontspringen in het onderste deel van de wervelkolom. Zij besturen onder andere de bekkenbodemspieren en de sluitspieren van de plasbuis, blaas en anus.

 

Door deze spieren aan te spannen, kunt u normaal gesproken uw plas en ontlasting ophouden. Het ontspannen van deze spieren zorgt ervoor dat u kunt plassen en ontlasting kunt hebben. Als uw blaas of darm vol zit, gaat er een stroompje via de zenuwbanen naar de hersenen, waardoor u aandrang voelt om naar het toilet te gaan.

 

Uw klachten worden veroorzaakt doordat er foute of ongewilde signalen via de zenuwbanen naar uw blaas en/of darmen worden gestuurd. Via neuromodulatie kunnen deze verkeerde signalen worden hersteld.

 

Neuromodulatie kan bepaalde klachten verminderen. De neuromodulator stuurt zwakke elektrische stroompjes naar de zenuwen die uw blaas en darmen stimuleren. Deze stimulatie helpt de spieren om de plasbuis en/of de anus beter te sluiten. Zo verbetert de controle over de spierwerking van uw plasbuis en/of anus. Dit vermindert het verlies van urine en/of ontlasting en het aantal keren dat u moet plassen.

 

De behandeling
Neuromodulatie vindt plaats in 2 fases

  1. De testfase: hierbij wordt ofwel op de poli, ofwel op de operatiekamer een draadje geplaatst door een opening in het heiligbeen. Dit geleidingsdraadje wordt vastgemaakt aan een uitwendig testkastje, dat elektrische signalen afgeeft. De testfase is nodig om te zien of uw lichaam reageert op de elektrische signalen.
  2. Na 2-4 weken wordt door de arts bekeken of neuromodulatie uw klachten succesvol heeft behandeld. Is dit het geval, dan zal op de operatiekamer tijdens de 2e fase (de implantatiefase) inwendig een kastje (neuromodulator) worden geplaatst, waarop het geleidingsdraadje wordt aangesloten. De arts maakt een snee van ongeveer 4 cm aan de bovenkant van de bil. De neuromodulator en de geleidingsdraad worden daarna onder uw huid geplaatst. De neuromodulator heeft ongeveer de afmetingen van een 2 euro munt. Aan de buitenkant is nauwelijks zichtbaar dat bij u een neuromodulator is ingebracht. De arts houdt zoveel mogelijk rekening met uw persoonlijke omstandigheden. Zo kunt u met de arts die u gaat opereren afspreken in welke bil het apparaatje wordt ingebracht, bijvoorbeeld omdat u het liefst op een bepaalde zijde slaapt. De elektrische prikkels die het definitieve kastje afgeeft, zijn hetzelfde als van het testkastje.

 

In Nederland wordt sacrale neuromodulatie in de volgende ziekenhuizen uitgevoerd: